Share to: share facebook share twitter share wa share telegram print page

 

Gerhard Domagk

Nobelprijswinnaar  Gerhard Domagk
30 oktober 189524 april 1964
Gerhard Domagk
Gerhard Domagk
Geboorteland Duitsland
Geboorteplaats Lagow
Overlijdensplaats Königsfeld im Schwarzwald
Nobelprijs Fysiologie of Geneeskunde
Jaar 1939
Reden "Voor de ontdekking van het sulfonamide prontosil, het eerste medicijn dat effectief tegen bacteriële infecties werkt."
Voorganger(s) Corneille Heymans
Opvolger(s) Carl Peter Henrik Dam
Edward Adelbert Doisy
Portaal  Portaalicoon   Geneeskunde

Gerhard Johannes Paul Domagk (Lagow, 30 oktober 1895Königsfeld im Schwarzwald, 24 april 1964) was een Duits patholoog en bacterioloog, aan wie in 1939 de Nobelprijs voor de Fysiologie of Geneeskunde werd toegekend.

Biografie

Domagk werd geboren in Lagow in de toenmalige Pruisische provincie Brandenburg als zoon van Paul en Martha Reiner Domagk. Tot zijn 14e ging Domagk naar een school in Sommerfeld, tegenwoordig Lubsko in Polen. Daarna volgde hij een opleiding in Silezië. Voor de Eerste Wereldoorlog uitbrak was hij begonnen met de studie medicijnen aan de universiteit van Kiel. Toen de oorlog uitbrak meldde hij zich vrijwillig aan als soldaat. In december 1914 raakte hij gewond, waarna hij diende in verschillende militaire hospitalen. In deze periode raakte hij diep onder de indruk van de hulpeloosheid van artsen tegen infectieziekten. Vooral het feit dat chirurgie en zelfs radicale behandelingsmethoden als amputaties geen tot weinig effect hadden raakte hem diep.

Na de oorlog vervolgde hij zijn studie en in 1921 behaalde hij zijn diploma. Hij ging werken aan de Universiteit van Greifswald, waar hij onderzoek deed naar door bacteriën veroorzaakte infecties. In 1925 volgde hij zijn professor, Walter Gross, naar de universiteit van Münster. In datzelfde jaar trouwde hij met Gertrud Strübe, met wie hij drie zoons en een dochter kreeg. In 1927 kreeg hij een baan aangeboden bij de laboratoria van IG Farben in Wuppertal.

In 1929 werd hij aangesteld als directeur van het Instituut voor Pathologie en Bacteriologie van het Duitse chemiebedrijf Bayer. Daar zette hij onderzoek voort van Josef Klarer en Fritz Mietzsch om, gebaseerd op het werk van Paul Ehrlich, verfstoffen te onderzoeken op antibiotische eigenschappen.

In 1932 deed Domagk de ontdekking waarvoor hij later de Nobelprijs zou krijgen. Hij ontdekte dat een rode kleurstof met de naam prontosil rubrum muizen en konijnen beschermde tegen dodelijke doses stafylokokken en hemolytische streptokokken. Prontosil (sulfamidochrysoïdine) wordt in het lichaam gemetaboliseerd tot de werkzame stof sulfanilamide; het werd reeds in 1908 gesynthetiseerd.

Domagk was echter niet overtuigd van de werking van prontosil in mensen en was daarom huiverig om zijn ontdekking bekend te maken. Toen zijn eigen dochter een ernstige streptokokkeninfectie opliep en de destijds gebruikelijke behandelmethode niet werkte, behandelde hij haar met prontosil. Dit bespaarde haar een amputatie van haar arm en ze herstelde volledig. Pas in 1935, nadat klinische testen door artsen positief waren, maakte hij dit bekend.[1]

In 1939 ontving Domagk de Nobelprijs voor de Fysiologie of Geneeskunde. Hij werd door het naziregime gedwongen de prijs te weigeren omdat ze deze als 'anti-Duits' hadden verklaard nadat de Nobelprijs voor de Vrede in 1935 aan de nazi-criticus Carl von Ossietzky uitgereikt was.

Na de oorlog, in 1947, kon Domagk zijn Nobelprijs alsnog ophalen. Echter, het bijbehorende geldbedrag ontving hij niet. Volgens de regels van het Nobelfonds moet de geldprijs teruggestort worden in het fonds indien deze niet binnen één jaar na bekendmaking uitgereikt is.

Hij veranderde zijn onderzoeksveld naar tuberculose en chemotherapie tegen kanker. In 1958 werd hij professor in de Pathologische Anatomie aan de universiteit van Münster.

Kembali kehalaman sebelumnya


Index: pl ar de en es fr it arz nl ja pt ceb sv uk vi war zh ru af ast az bg zh-min-nan bn be ca cs cy da et el eo eu fa gl ko hi hr id he ka la lv lt hu mk ms min no nn ce uz kk ro simple sk sl sr sh fi ta tt th tg azb tr ur zh-yue hy my ace als am an hyw ban bjn map-bms ba be-tarask bcl bpy bar bs br cv nv eml hif fo fy ga gd gu hak ha hsb io ig ilo ia ie os is jv kn ht ku ckb ky mrj lb lij li lmo mai mg ml zh-classical mr xmf mzn cdo mn nap new ne frr oc mhr or as pa pnb ps pms nds crh qu sa sah sco sq scn si sd szl su sw tl shn te bug vec vo wa wuu yi yo diq bat-smg zu lad kbd ang smn ab roa-rup frp arc gn av ay bh bi bo bxr cbk-zam co za dag ary se pdc dv dsb myv ext fur gv gag inh ki glk gan guw xal haw rw kbp pam csb kw km kv koi kg gom ks gcr lo lbe ltg lez nia ln jbo lg mt mi tw mwl mdf mnw nqo fj nah na nds-nl nrm nov om pi pag pap pfl pcd krc kaa ksh rm rue sm sat sc trv stq nso sn cu so srn kab roa-tara tet tpi to chr tum tk tyv udm ug vep fiu-vro vls wo xh zea ty ak bm ch ny ee ff got iu ik kl mad cr pih ami pwn pnt dz rmy rn sg st tn ss ti din chy ts kcg ve 
Prefix: a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9