Share to: share facebook share twitter share wa share telegram print page

 

Sociale geneeskunde

Sociale geneeskunde is het vakgebied binnen de geneeskunde dat zich vooral bezighoudt met publieke, preventieve gezondheidszorg[1]. Het vakgebied focust zich op de volksgezondheid en het zorgsysteem.

De sociale geneeskunde als wetenschappelijk vakgebied heeft zich vanaf begin van de 19e eeuw geleidelijk ontwikkeld. De industriële revolutie en de daaropvolgende toename van armoede en ziekte onder arbeiders leidde tot zorgen over de effecten van sociale processen op de gezondheid.

Domein

Het enorme overwicht van de biomedische wetenschap in medische opleidingen, gezondheidszorg, en medisch onderzoek heeft geleid tot een kloof in het begrip en erkenning van belangrijke sociale determinanten van publieke en individuele gezondheid, zoals sociaal-economische verschillen, oorlog, geletterdheid, ongezonde leefstijl (roken, overgewicht), discriminatie op basis van etniciteit, sekse of religie. Paul Farmer gaf in 2006 de volgende verklaring voor deze kloof:

De heilige graal van moderne geneeskunde blijft de zoektocht voor een moleculaire basis van ziekte. Terwijl de praktische opbrengst van zulk beschreven vragen enorm is geweest, heeft exclusieve focus op moleculair niveau bijgedragen aan de toenemende "desocialisatie" van wetenschappelijke vragen: de neiging om enkel biologische vragen te stellen over wat in feite biosociale fenomenen zijn.

Hierop stelde hij dat "biosociaal begrip van medische fenomenen dringend noodzakelijk is". De sociale geneeskunde richt zich hierop.

Werkvelden

De sociale geneeskunde is onder te verdelen in domeinen Arbeid en Gezondheid, en Maatschappij en gezondheid.

Specialisatie van artsen binnen de sociale geneeskunde duurt in Nederland meestal 4 jaar. Geneeskundig specialisten in deze sector zijn:

Geschiedenis

De Duitse arts Rudolf Virchow (1821 - 1902) legde de basis voor de sociale geneeskunde. Andere prominente actoren in de sociale geneeskunde waren onder andere Salvador Allende, Henry Ernest Sigerist, Thomas McKeown, Victor W. Sidel, Howard Waitzkin, Paul Farmer en Jim Yong Kim.

In Nederland was Johan Baart de la Faille (1867-1952) de eerste hoogleraar Sociale Geneeskunde. Hij werd in 1918 benoemd aan de Rijksuniversiteit Utrecht en hield zich onder meer bezig met de slechte huisvesting van arbeiders.

Sociale geneeskunde en public health

Alhoewel sociale geneeskunde en public health vaak uitwisselbaar gebruikt worden, zijn er verschillen tussen beide termen. In 1940 beschreef John Ryle drie belangrijke verschillen:

  1. Public health legt de nadruk op de omgeving, terwijl sociale geneeskunde zich bezighoudt met individuen, en "individuen in en in relatie tot hun omgeving".
  2. Publieke gezondheidszorg was initieel vooral geassocieerd met infectieziekten. Sociale geneeskunde daarentegen, had een bredere insteek, die ook doorging in niet-overdraagbare aandoeningen, mentale gezondheid en verwondingen.
  3. Sociale geneeskunde omarmde de medisch sociale werkers en organiseerde zorg en nazorg, en verenigde zo het klinische met het publieke.

Alhoewel de definitie van public health niet meer zo beknopt wordt omschreven als in 1940 houdt de intellectuele breedte, politieke en economische diepgang en menselijkheid van sociale geneeskunde stand.[2]

Kembali kehalaman sebelumnya


Index: pl ar de en es fr it arz nl ja pt ceb sv uk vi war zh ru af ast az bg zh-min-nan bn be ca cs cy da et el eo eu fa gl ko hi hr id he ka la lv lt hu mk ms min no nn ce uz kk ro simple sk sl sr sh fi ta tt th tg azb tr ur zh-yue hy my ace als am an hyw ban bjn map-bms ba be-tarask bcl bpy bar bs br cv nv eml hif fo fy ga gd gu hak ha hsb io ig ilo ia ie os is jv kn ht ku ckb ky mrj lb lij li lmo mai mg ml zh-classical mr xmf mzn cdo mn nap new ne frr oc mhr or as pa pnb ps pms nds crh qu sa sah sco sq scn si sd szl su sw tl shn te bug vec vo wa wuu yi yo diq bat-smg zu lad kbd ang smn ab roa-rup frp arc gn av ay bh bi bo bxr cbk-zam co za dag ary se pdc dv dsb myv ext fur gv gag inh ki glk gan guw xal haw rw kbp pam csb kw km kv koi kg gom ks gcr lo lbe ltg lez nia ln jbo lg mt mi tw mwl mdf mnw nqo fj nah na nds-nl nrm nov om pi pag pap pfl pcd krc kaa ksh rm rue sm sat sc trv stq nso sn cu so srn kab roa-tara tet tpi to chr tum tk tyv udm ug vep fiu-vro vls wo xh zea ty ak bm ch ny ee ff got iu ik kl mad cr pih ami pwn pnt dz rmy rn sg st tn ss ti din chy ts kcg ve 
Prefix: a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9