Share to: share facebook share twitter share wa share telegram print page

 

Perzische eik

Perzische eik
Perzische eik
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Fabiden
Orde:Fagales
Familie:Fagaceae (Napjesdragersfamilie)
Geslacht:Quercus (Eik)
Soort
Quercus macranthera
Fisch. & C.A.Mey. ex Hohen. (1838)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Perzische eik op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

De Perzische eik (Quercus macranthera) is een boom uit de familie Fagaceae. De soort komt van oorsprong voor in Noord-Iran, Turkije en in het zuidoosten van het Kaukasus gebergte. De soort is voor het eerst beschreven in 1838 door Friedrich Ernst Ludwig von Fischer en Carl Anton von Meyer in het Bulletin de la Societe Imperiale des Naturalistes de Moscou. De soort heeft een economische functie.

Kenmerken

De Perzische eik wordt tot 20 en in zeldzame gevallen tot 30 meter hoog en heeft een koepelvormige kroon. De schors van de boom is dun. De scheuten zijn viltig grijs van kleur en zijn behaard. In het tweede jaar worden de scheuten kaal. De bladeren variëren in lengte van 8 tot 20 centimeter en hebben een omgekeerd eironde vorm. De bladschijf is plat en regelmatig gelobd. De lobben zijn eirond en elke kant van de bladschijf telt zeven tot elf lobben. De lobben in het midden van de bladschijf zijn qua formaat het grootst. De bladschijf telt zeven tot elf paar nerven. De bovenkant van het blad is donkergroen van kleur en is bijna haarloos. De onderkant van het blad is grijs en heeft geelachtige haren. De vruchten zijn ongeveer 2,5 centimeter lang en zijn eivormig. De top van de vruchten is bedekt met een hoedje.

Ecologie

Het verspreidingsgebied van de Perzische eik beslaat het noorden van Iran , Turkije, Azerbeidzjan en Armenië. De soort groeit op de steppe en droge bossen op rijke gronden. De bodem kan variëren van licht zuur tot sterk alkalisch. De soort groeit op lichte plekken maar is licht schaduwverdragend. De soort groeit op zandige bodems vermengt met grind of leem. De soort is gevoelig voor vocht, temperatuur en is in de meeste gevallen winterhard.

Kembali kehalaman sebelumnya


Index: pl ar de en es fr it arz nl ja pt ceb sv uk vi war zh ru af ast az bg zh-min-nan bn be ca cs cy da et el eo eu fa gl ko hi hr id he ka la lv lt hu mk ms min no nn ce uz kk ro simple sk sl sr sh fi ta tt th tg azb tr ur zh-yue hy my ace als am an hyw ban bjn map-bms ba be-tarask bcl bpy bar bs br cv nv eml hif fo fy ga gd gu hak ha hsb io ig ilo ia ie os is jv kn ht ku ckb ky mrj lb lij li lmo mai mg ml zh-classical mr xmf mzn cdo mn nap new ne frr oc mhr or as pa pnb ps pms nds crh qu sa sah sco sq scn si sd szl su sw tl shn te bug vec vo wa wuu yi yo diq bat-smg zu lad kbd ang smn ab roa-rup frp arc gn av ay bh bi bo bxr cbk-zam co za dag ary se pdc dv dsb myv ext fur gv gag inh ki glk gan guw xal haw rw kbp pam csb kw km kv koi kg gom ks gcr lo lbe ltg lez nia ln jbo lg mt mi tw mwl mdf mnw nqo fj nah na nds-nl nrm nov om pi pag pap pfl pcd krc kaa ksh rm rue sm sat sc trv stq nso sn cu so srn kab roa-tara tet tpi to chr tum tk tyv udm ug vep fiu-vro vls wo xh zea ty ak bm ch ny ee ff got iu ik kl mad cr pih ami pwn pnt dz rmy rn sg st tn ss ti din chy ts kcg ve 
Prefix: a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9