Share to: share facebook share twitter share wa share telegram print page

 

Oppervlaktespanning

schematische voorstelling van de krachten op vloeistofmoleculen. In het midden van de vloeistof zijn ze in alle richtingen gelijk; aan het grensvlak tussen vloeistof en gas is er een nettokracht naar de vloeistof gericht.
Verschil in vorm door hoge en lage oppervlaktespanning: druppels van kwik (A), water (B) en water met zeep (C) op een vast oppervlak
Dynamische Contacthoek meetinstrument voor bepaling van de oppervlaktespanning met Du Nouy ring of Wilhelmy plate

Oppervlaktespanning is het natuurkundig verschijnsel dat het oppervlak van een vloeistof aan een vloeistof-gasovergang zich gedraagt als een veerkrachtige laag. Vanderwaalskrachten tussen moleculen in de vloeistoffase veroorzaken deze oppervlaktespanning. Losse druppels worden zo veel mogelijk bolvormig. De oppervlaktespanning van water wordt verder verhoogd doordat watermoleculen onderling waterstofbruggen vormen. Schaatsenrijders (een insectensoort) en lichte voorwerpen zinken niet dankzij de oppervlaktespanning van het water.

Voor moleculen aan het oppervlak van de vloeistof is de netto vanderwaalskracht gericht naar de vloeistof toe. Binnen de vloeistof zijn de onderlinge vanderwaalskrachten tussen de moleculen in alle richtingen even groot, waardoor de resulterende kracht op ieder individueel molecuul binnen de vloeistof gelijkstaat aan nul.

Het symbool voor oppervlaktespanning is γ (gamma) of σ (sigma) en de SI-eenheid is newton per meter, N m−1. In oudere werken vindt men nog wel dyne per centimeter (geen SI-eenheid).

Oppervlakteactieve stoffen zijn stoffen die de oppervlaktespanning van een vloeistof verlagen als ze erin gemengd worden. Voorbeelden zijn zeep en glansspoelmiddel in water.[1]

Bepaalde insecten maken gebruik van deze spanning om over het wateroppervlak te lopen. Indien afwasmiddel in het water wordt gemengd, verdrinkt dit insect. Verlaging van de oppervlaktespanning maakt het ook mogelijk een zeepbel te blazen die enige tijd kan blijven bestaan.

Grensvlakenergie

De schaatsenrijder wordt gedragen door de oppervlaktespanning van het water. De ronde schaduwen zijn van de kuiltjes in het wateroppervlak onder de poten.
Door de oppervlaktespanning van het water stroomt het water niet over de rand van bloemblaadjes heen de bloem in, en dus zinkt de bloem niet.

Tussen twee verschillende fasen heerst er steeds een drukverschil. De grootte van dit drukverschil kan berekend worden aan de hand van de grensvlakenergie, een breder begrip dat de oppervlaktespanning omvat. Merk op dat de dimensie van oppervlaktespanning, kracht per eenheid lengte, ook kan geschreven worden als energie per eenheid oppervlakte.

De overdruk in een champagnebelletje in een glas wijn, bijvoorbeeld, kan als volgt berekend worden: , waarbij r de straal van het belletje is.

Formules

Formules voor het berekenen van de oppervlaktespanning. Hieronder is de wet van Laplace te zien. [2]

Eén grensvlak :

Twee grensvlakken :

Oppervlaktespanning van enkele vloeistoffen

Verloop van de oppervlaktespanning van water als functie van de temperatuur

De oppervlaktespanning is afhankelijk van de temperatuur. In het algemeen daalt ze als de temperatuur stijgt. Bij het kritisch punt van verdamping, waar het grensvlak tussen damp en vloeistof verdwijnt, is ze gelijk aan nul.

Wanneer men de oppervlaktespanning van een stof geeft, moet men er dus steeds bij vermelden voor welke temperatuur die geldt. In deze tabel zijn waarden bij 20 °C gegeven, tenzij anders vermeld:

Vloeistof Oppervlaktespanning in 10−3 N/m
ethanol 22,55
methanol 22,60
aceton 23,30
benzeen 28,90
glycerol 63,4
water bij 80 °C 62,6
water bij 50 °C 67,9
water bij 20 °C 72,75
kwik bij 18 °C 471,00
kwik bij 20 °C 476,00

Zie ook

Referenties

  1. Rosen M, Kunjappu J.Surfactants and Interfacial Phenomena, Hoboken, John Wiley & Sons, 4e editie, 2012, p. 1. ISBN 1-118-22902-9.
  2. Oppervlaktespanning lezing 1, John W. M. Bush, MIT
Zie de categorie Surface tension van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
Kembali kehalaman sebelumnya


Index: pl ar de en es fr it arz nl ja pt ceb sv uk vi war zh ru af ast az bg zh-min-nan bn be ca cs cy da et el eo eu fa gl ko hi hr id he ka la lv lt hu mk ms min no nn ce uz kk ro simple sk sl sr sh fi ta tt th tg azb tr ur zh-yue hy my ace als am an hyw ban bjn map-bms ba be-tarask bcl bpy bar bs br cv nv eml hif fo fy ga gd gu hak ha hsb io ig ilo ia ie os is jv kn ht ku ckb ky mrj lb lij li lmo mai mg ml zh-classical mr xmf mzn cdo mn nap new ne frr oc mhr or as pa pnb ps pms nds crh qu sa sah sco sq scn si sd szl su sw tl shn te bug vec vo wa wuu yi yo diq bat-smg zu lad kbd ang smn ab roa-rup frp arc gn av ay bh bi bo bxr cbk-zam co za dag ary se pdc dv dsb myv ext fur gv gag inh ki glk gan guw xal haw rw kbp pam csb kw km kv koi kg gom ks gcr lo lbe ltg lez nia ln jbo lg mt mi tw mwl mdf mnw nqo fj nah na nds-nl nrm nov om pi pag pap pfl pcd krc kaa ksh rm rue sm sat sc trv stq nso sn cu so srn kab roa-tara tet tpi to chr tum tk tyv udm ug vep fiu-vro vls wo xh zea ty ak bm ch ny ee ff got iu ik kl mad cr pih ami pwn pnt dz rmy rn sg st tn ss ti din chy ts kcg ve 
Prefix: a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9