Share to: share facebook share twitter share wa share telegram print page

 

Jacob Beekhuis

Jaap Beekhuis
Plaats uw zelfgemaakte foto hier
Persoonlijke gegevens
Volledige naam Jacob Houdijn Beekhuis
Geboortedatum 13 augustus 1903
Geboorteplaats Leiden
Overlijdensdatum 24 oktober 1988
Overlijdensplaats Driebergen
Nationaliteit Vlag van Nederland Nederlands
Academische achtergrond
Alma mater Universiteit Leiden
Proefschrift Aansprakelijkheid van rechtspersonen en hare organen voor onrechtmatige daad (1934)
Promotor E.M. Meijers
Wetenschappelijk werk
Vakgebied Burgerlijk recht
Universiteit Rijksuniversiteit Groningen
Soort hoogleraar Gewoon hoogleraar
Functies
1952–1953 Rector magnificus van de Rijksuniversiteit Groningen
1967–1978 Lid van de Raad van State

Jacob Houdijn (Jaap) Beekhuis (Leiden, 13 augustus 1903 - Driebergen, 24 oktober 1988) was een Nederlands jurist. Beekhuis was hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Groningen en lid van de Raad van State en enige jaren regeringscommissaris voor Boek 5 van het Nieuw Burgerlijk Wetboek. Hij geldt als de geestelijk vader van het moderne Nederlandse appartementsrecht.

Jeugd en studie

Beekhuis werd geboren te Leiden als zoon van mr. Christiaan Houdijn Beekhuis (1874-1952), president van het Gerechtshof Leeuwarden, en diens echtgenote Johanna Martina Dutry van Haeften. Zijn grootmoeder van vaderskant was de feministische schrijfster Geesje Feddes; zijn oudere broer Christiaan Beekhuis (1899-1975) zou later raadsheer in de Hoge Raad der Nederlanden worden. Hij studeerde rechten aan de Universiteit Leiden van 1921 tot 1925, waarna hij met een studiebeurs voor drie maanden naar Londen vertrok om zich voor te bereiden op het schrijven van een proefschrift.[1] Na korte tijd in het advocatenkantoor van zijn oom en zijn broer te hebben gewerkt keerde hij terug naar Leiden als repetitor in het burgerlijk recht.[2] In 1934 promoveerde hij bij Eduard Meijers cum laude op het proefschrift Aansprakelijkheid van rechtspersonen en hare organen voor onrechtmatige daad.

Carrière

Kort voor zijn promotie had Beekhuis van Meijers de suggestie gekregen om te solliciteren op de vacature van hoogleraar in het Nederlands-Indisch burgerlijk recht aan de Rechtshogeschool van Batavia; hij solliciteerde, maar de benoeming ging naar de iets oudere Jannes Eggens.[3] Van 1934 tot 1938 werkte hij als advocaat op het kantoor van B.M. Droogleever Fortuyn[4] (niet te verwarren met zijn familielid Eduard Droogleever Fortuijn, de latere landsadvocaat) in de cassatiepraktijk.[5]

In 1938 werd Beekhuis op 35-jarige leeftijd benoemd tot hoogleraar in het burgerlijk recht, burgerlijke rechtsvordering, de inleiding tot de rechtswetenschap en het agrarisch recht; zijn ambtsvoorganger Roeland Kollewijn was na slechts twee jaar naar Leiden vertrokken om daar hoogleraar te worden.[6] Zijn oratie was getiteld Rechterlijke matiging bij de actie tot schadevergoeding uit onrechtmatige daad. Beekhuis had zelf nog geen ervaring met het agrarisch recht en de Pachtwet en moest zich daar halsoverkop in verdiepen.[7] Tijdens de Duitse bezetting was Beekhuis decaan van de rechtenfaculteit, wat leidde tot veel vragen over het al dan niet sluiten van de faculteit en de gevolgen van de oorlog.[8] Na de oorlog was hij lid van de afdeling rechtspraak van de Raad voor het Rechtsherstel.[9] In het academisch jaar 1952-1953 was hij rector magnificus van de Rijksuniversiteit Groningen.

Vanaf 1957 bewerkte Beekhuis het deel Zakenrecht van de Asser-serie, dat tot dan toe was bewerkt door Paul Scholten; "Asser-Beekhuis" was lange tijd een gezaghebbend werk over het zakenrecht.[10] De laatste druk van zijn hand verscheen in 1985, enkele jaren voor zijn overlijden.[9] Bij koninklijk besluit van 6 april 1964 werd hij benoemd tot regeringscommissaris voor Boek 5 (zakenrecht) van het Nieuw Burgerlijk Wetboek; tegelijkertijd werden Gerard Langemeijer en Klaas Wiersma benoemd tot regeringscommissaris voor respectievelijk Boek 3 (vermogensrecht algemeen) en Boek 4 (erfrecht).[11]

In september 1967 verliet Beekhuis de universiteit en werd hij benoemd tot lid van de Raad van State als opvolger van de (eveneens bij Meijers gepromoveerde) Leidse emeritus hoogleraar R.P. Cleveringa.[12] Daar was hij lid van de "volle Raad" en daarnaast ook de afdelingen Justitie en Algemene zaken; ook werkte hij veel aan onderwerpen waar hij reeds eerder als regeringscommissaris mee bezig was geweest.[13]

Persoonlijk

Politiek was Beekhuis liberaal georiënteerd.[1] Bij de kabinetsformatie van 1967 was Beekhuis even kandidaat voor het ministerschap van Justitie; maar omdat de VVD de voorkeur gaf aan Carel Polak werd hij en niet Beekhuis minister.[11]

Beekhuis trouwde in 1929 met Soetje Alta, die hij had leren kennen omdat zij bij hem "repeteerde"; zij overleed in 1981.[4] Het echtpaar kreeg vier kinderen.[14] Hij was sinds 1955 ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw, van 1967 commandeur in de Kroonorde (België) en sinds 1974 commandeur in de Orde van Oranje-Nassau.[9] Ook was hij sinds 1959 lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, afdeling Letterkunde.[15]

Voorganger:
Reinard Zandvoort
Rector magnificus van de Rijksuniversiteit Groningen
1951–1952
Opvolger:
Pieter Jan van Winter
Kembali kehalaman sebelumnya


Index: pl ar de en es fr it arz nl ja pt ceb sv uk vi war zh ru af ast az bg zh-min-nan bn be ca cs cy da et el eo eu fa gl ko hi hr id he ka la lv lt hu mk ms min no nn ce uz kk ro simple sk sl sr sh fi ta tt th tg azb tr ur zh-yue hy my ace als am an hyw ban bjn map-bms ba be-tarask bcl bpy bar bs br cv nv eml hif fo fy ga gd gu hak ha hsb io ig ilo ia ie os is jv kn ht ku ckb ky mrj lb lij li lmo mai mg ml zh-classical mr xmf mzn cdo mn nap new ne frr oc mhr or as pa pnb ps pms nds crh qu sa sah sco sq scn si sd szl su sw tl shn te bug vec vo wa wuu yi yo diq bat-smg zu lad kbd ang smn ab roa-rup frp arc gn av ay bh bi bo bxr cbk-zam co za dag ary se pdc dv dsb myv ext fur gv gag inh ki glk gan guw xal haw rw kbp pam csb kw km kv koi kg gom ks gcr lo lbe ltg lez nia ln jbo lg mt mi tw mwl mdf mnw nqo fj nah na nds-nl nrm nov om pi pag pap pfl pcd krc kaa ksh rm rue sm sat sc trv stq nso sn cu so srn kab roa-tara tet tpi to chr tum tk tyv udm ug vep fiu-vro vls wo xh zea ty ak bm ch ny ee ff got iu ik kl mad cr pih ami pwn pnt dz rmy rn sg st tn ss ti din chy ts kcg ve 
Prefix: a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9