Share to: share facebook share twitter share wa share telegram print page

 

De mus en zijn vier kinderen

De mus en zijn vier kinderen is een sprookje uit Kinder- und Hausmärchen, de verzameling van de gebroeders Grimm, met als nummer KHM157. De oorspronkelijke naam is Der Sperling und seine vier Kinder.

Het verhaal

Leeswaarschuwing: Onderstaande tekst bevat details over de inhoud of de afloop van het verhaal.

Een mus heeft vier jongen in een zwaluwnest. De jongen worden door een windvlaag meegevoerd. De vader had gewild dat hij ze voor alle gevaren in de wereld had kunnen waarschuwen voordat zij uit het nest gingen, dit was nu niet meer mogelijk. In de herfst komen de zonen met een zwerm mussen mee terug en vader ontmoet zijn zonen in een tarweveld. Hij hoort van zijn oudste zoon dat hij in de tuinen heeft geleefd van rupsjes, wormpjes en kersen. De vader waarschuwt de zoon voor mensen met lange groene holle stokken met een gat er in. Als de jongen vraagt wat hij moet doen als er een groen blaadje met was op het gat is geplakt, wil de vader weten waar hij dit heeft gezien. De jongen is in de tuin van de koopman geweest en de vader vindt dat hij nu voldoende wereldwijsheid opgedaan heeft.

De tweede zoon is aan het hof geweest en vader vindt dat hij daar niet hoort tussen het goud, fluweel en zijde. Dit is voor de uilen, sperwers en valken. De zoon hoort in de buurt van de paardenstal te blijven en kan dan elke dag een graantje haver meepikken. De tweede zoon vertelt dat de staljongens strikken maken en stroppen en netten tussen het stro zetten. De vader vindt hofjongens slechte jongens en vindt dat deze zoon zich nu ook kan redden in de wereld. Hij waarschuwt nog voor wolven, omdat ze ook slimme hondjes eten. De derde zoon vertelt dat hij in de straten en wegen graantjes vond. Vader wil dat hij uitkijkt naar mensen die stenen oprapen, maar de zoon vertelt over mensen die stenen onder hun kleding dragen.

De derde jongen is bij de mijnwerkers geweest en de vader vindt dit harde werkers, maar je moet wel oppassen voor de mannen. Ze brengen mussen om met kobalt. De derde zoon heeft nu ook genoeg gezien en beleefd en zal zich wel redden in de wereld. Dan vraagt vader wat de vierde zoon heeft gedaan, hij was altijd de domste en de zwakste en vader wil dat hij bij het nest blijft. Maar de jongen vertelt dat je eerlijk verkregen voedsel aan God moet toevertrouwen. De zoon is in een kerk terechtgekomen en at vliegen en spinnen van de ramen. De vader van alle mussen heeft het beestje de zomer lang gevoed en vader vindt het goed dat de zoon teruggaat naar de kerk. Daar zal de zoon veilig zijn, al is de wereld vol wilde en boosaardige vogels.

Achtergronden bij het verhaal

Bronnen

  • Grimm, volledige uitgave (vertaald door Ria van Hengel)
Kembali kehalaman sebelumnya


Index: pl ar de en es fr it arz nl ja pt ceb sv uk vi war zh ru af ast az bg zh-min-nan bn be ca cs cy da et el eo eu fa gl ko hi hr id he ka la lv lt hu mk ms min no nn ce uz kk ro simple sk sl sr sh fi ta tt th tg azb tr ur zh-yue hy my ace als am an hyw ban bjn map-bms ba be-tarask bcl bpy bar bs br cv nv eml hif fo fy ga gd gu hak ha hsb io ig ilo ia ie os is jv kn ht ku ckb ky mrj lb lij li lmo mai mg ml zh-classical mr xmf mzn cdo mn nap new ne frr oc mhr or as pa pnb ps pms nds crh qu sa sah sco sq scn si sd szl su sw tl shn te bug vec vo wa wuu yi yo diq bat-smg zu lad kbd ang smn ab roa-rup frp arc gn av ay bh bi bo bxr cbk-zam co za dag ary se pdc dv dsb myv ext fur gv gag inh ki glk gan guw xal haw rw kbp pam csb kw km kv koi kg gom ks gcr lo lbe ltg lez nia ln jbo lg mt mi tw mwl mdf mnw nqo fj nah na nds-nl nrm nov om pi pag pap pfl pcd krc kaa ksh rm rue sm sat sc trv stq nso sn cu so srn kab roa-tara tet tpi to chr tum tk tyv udm ug vep fiu-vro vls wo xh zea ty ak bm ch ny ee ff got iu ik kl mad cr pih ami pwn pnt dz rmy rn sg st tn ss ti din chy ts kcg ve 
Prefix: a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9