Share to: share facebook share twitter share wa share telegram print page

 

Batagur dhongoka

Batagur dhongoka
IUCN-status: Kritiek[1] (2018)
Batagur dhongoka
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Orde:Testudines (Schildpadden)
Familie:Geoemydidae
Geslacht:Batagur
Soort
Batagur dhongoka
Gray, 1834
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Batagur dhongoka op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Herpetologie

Batagur dhongoka is een schildpad uit de familie Geoemydidae. De soort werd lange tijd tot het geslacht Kachuga gerekend.[2] De soort werd voor het eerst wetenschappelijk beschreven door John Edward Gray in 1834. Oorspronkelijk werd de wetenschappelijke naam Emys dhongoka gebruikt.

Uiterlijke kenmerken

De carapax of rugschild is bruin van kleur met zwarte lengtestrepen, op het midden van het schild is een kiel aanwezig. Het schild is afgeplat en langwerpig, het is op zijn breedst achter het midden. De zijkanten van het schild krullen aan de achterzijde wat op, het schild eindigt puntig. De totale schildlengte kan oplopen tot 48 centimeter waarmee het een van de grotere Geoemydidae- soorten is. Het buikschild en de brug tussen buik- en rugschild zijn geel van kleur. Juvenielen hebben een roodbruine vlek op iedere buikplaat, die na verloop van tijd verdwijnt.

De mannetjes blijven echter aanzienlijk kleiner dan de vrouwtjes, en bereiken een maximale schildlengte van 26 centimeter. Ze zijn daarnaast te herkennen aan de relatief langere en dikkere staart.

De kop heeft een uitstekende snuitpunt, de kop is donkergroen van kleur en heeft aan iedere flank een gele streep van het neusgat over het oog tot in de nek. De ledematen zijn lichter van kleur dan de kop, aan de zijkanten van de poten zijn vergrote schubben aanwezig.

Algemeen

Batagur dhongoka komt voor in Azië: in Bangladesh en India, waarschijnlijk ook in Nepal maar dit is niet zeker. In Bangladesh staat de soort bekend als sterk bedreigd. De habitat bestaat uit grote, diepe rivieren, zoals de Ganges in India. In gevangenschap gehouden dieren zijn vrijwel uitsluitend herbivoor, van in het wild levende exemplaren is beschreven dat ook slakken worden gegeten.

Bronvermelding

Kembali kehalaman sebelumnya


Index: pl ar de en es fr it arz nl ja pt ceb sv uk vi war zh ru af ast az bg zh-min-nan bn be ca cs cy da et el eo eu fa gl ko hi hr id he ka la lv lt hu mk ms min no nn ce uz kk ro simple sk sl sr sh fi ta tt th tg azb tr ur zh-yue hy my ace als am an hyw ban bjn map-bms ba be-tarask bcl bpy bar bs br cv nv eml hif fo fy ga gd gu hak ha hsb io ig ilo ia ie os is jv kn ht ku ckb ky mrj lb lij li lmo mai mg ml zh-classical mr xmf mzn cdo mn nap new ne frr oc mhr or as pa pnb ps pms nds crh qu sa sah sco sq scn si sd szl su sw tl shn te bug vec vo wa wuu yi yo diq bat-smg zu lad kbd ang smn ab roa-rup frp arc gn av ay bh bi bo bxr cbk-zam co za dag ary se pdc dv dsb myv ext fur gv gag inh ki glk gan guw xal haw rw kbp pam csb kw km kv koi kg gom ks gcr lo lbe ltg lez nia ln jbo lg mt mi tw mwl mdf mnw nqo fj nah na nds-nl nrm nov om pi pag pap pfl pcd krc kaa ksh rm rue sm sat sc trv stq nso sn cu so srn kab roa-tara tet tpi to chr tum tk tyv udm ug vep fiu-vro vls wo xh zea ty ak bm ch ny ee ff got iu ik kl mad cr pih ami pwn pnt dz rmy rn sg st tn ss ti din chy ts kcg ve 
Prefix: a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9