Smith werd geboren in Inverness op 24 augustus 1962 als dochter van Ann en Donald Smith. Haar ouders kwamen uit de arbeidersklasse[2] en ze groeide op in een sociale woning in Inverness.[3][4] Van 1967 tot 1974 ging ze naar de St. Joseph's RC Primary School. Tot 1980 ging ze naar Inverness High School.[5][6]
Ze studeerde van 1980 tot 1985 Engelse taal en literatuur aan de Universiteit van Aberdeen. Ze won de Bobby Aitken Memorial Prize for Poetry van de universiteit in 1984.[5]
Ze verhuisde naar Edinburgh in 1990 en ging aan de slag als universitair docent Schotse, Engelse en Amerikaanse literatuur aan de Universiteit van Strathclyde.[8] In 1992 stopte Smith met doceren omdat ze aan het chronische-vermoeidheidssyndroom leed. Ze keerde terug naar Cambridge om te herstellen en begon romans, toneelstukken en korte verhalen te schrijven.[7][9]
In haar jeugd had Smith verschillende parttime banen, waaronder als serveerster, sla-schoonmaker, assistent bij een toeristeninformatie, receptioniste bij BBC Highland en copywriter.[9]
Carrière
Terwijl Smith aan haar doctoraat werkte, schreef ze verschillende toneelstukken die werden opgevoerd tijdens het Edinburgh Festival Fringe en Cambridge Footlights. Nadat Smith Schotland verliet en terugkeerde naar Cambridge, schreef ze met name korte verhalen en werkte ze als freelance literatuurrecensent voor de krant The Scotsman.[9]
Haar eerste roman, Like, verscheen in 1997. Haar tweede roman, Hotel World uit 2001, won de Encore Award, de East England Arts Award of the Year en de Scottish Arts Council Book of the Year Award en stond op de shortlist voor zowel de Orange Prize als de Booker Prize. The Accidental uit 2005 won de Whitbread Novel Award en stond ook op de shortlist voor zowel de Orange Prize als de Booker Prize. There but for the werd in 2011 gepubliceerd, in 2014 gevolgd door How to Be Both. How to be Both werd genomineerd voor de Booker Prize en de Folio prize, en won de Bailey’s Women's Prize for Fiction, de Goldsmith prize en Costa Novel of the Year.
Van haar meest recente romans Herfst,Winter en Lente, stond Herfst op de shortlist van de Booker Prize en Lente op de shortlist van de Orwell prize. Het vierde deel, Zomer, van dit "seizoenskwartet" verscheen in 2020.
Smith wordt gezien als een schrijver die regelmatig politieke thema's aan de kaak stelt in haar boeken.[11][12][13] In genoemde tetralogie staat het leven in Groot-Brittannië na het Brexit-referendum centraal. Andere actuele thema's die een rol spelen in de boeken van Smith, zijn online shaming in The Accidental, seksediscriminatie in Girl Meets Boy en dakloosheid in Hotel World. Ook kunst keert regelmatig terug als motief in het werk van Smith. Zo staat de Italiaanse Renaissance kunst centraal in How To Be Both en in elke roman van het seizoenskwartet is het werk van een vrouwelijke beeldend kunstenaar onderdeel van de verhaallijn. In Herfst is dit popart kunstenaar Pauline Boty, in Winter beeldhouwer Barbara Hepworth, in Lente fotograaf Tacita Dean.[14]
Kenmerkend voor Smiths stijl is het veelvuldig gebruik van woordspelingen.[11] Smiths werk benadrukt de niet-lineariteit van tijd en de grenzen tussen echte en ingebeelde werelden zijn vaag. Ook komen er satirische passages voor in de boeken van Smith, wat haar soms een vergelijking oplevert met de Schotse auteur Muriel Spark.[15] Ook Virginia Woolf wordt genoemd als invloed.[16] Een andere inspiratiebron is schrijver Katherine Mansfield, naar wie Smith verwijst in Lente, in Artful en in het verhaal The Ex-Wife, uit de bundel Public Library and Other Stories.[17]
Hotel World (2001), bekroond met de Encore Award, een Scottish Arts Council Book Award en de inaugurele Scottish Arts Council Book of the Year Award. Op de shortlist voor de Orange Prize for Fiction en de Man Booker Prize for Fiction.
Ali Smith werkte samen met de Schotse band Trashcan Sinatras en schreef de tekst van een nummer genaamd "Half An Apple", een liefdeslied over het bewaren van een halve appel voor een geliefde die weg is. Het lied werd uitgebracht op 5 maart 2007 op het album Ballads of the Book.[4]
In 2008 droeg ze een kort verhaal "Writ" bij aan een bloemlezing ter ondersteuning van Save the Children . De bloemlezing is getiteld "The Children's Hours" en werd uitgegeven door Arcadia Books. Er zijn buitenlandse edities verschenen in Portugal, Italië, China en Korea.
In 2011 schreef ze een autobiografisch stuk voor The Observer in hun serie "Once upon a life":.[35]
In oktober 2012 las ze een preek in de kathedraal van Manchester voor gasten en studenten, gevolgd door een signeersessie.[36]
In 2013 publiceerde Smith Artful, een boek dat is gebaseerd op haar lezingen over Europese vergelijkende literatuur die ze het voorgaande jaar aan het Saint Anne's College in Oxford had gegeven.[37]
Ali Smith is patroon van de online bloemlezing Visual Verse. Haar stuk Untitled, geschreven naar aanleiding van een afbeelding van kunstenaar Rupert Jessop, verscheen in de editie van november 2014.[39]
Op 10 september 2015 werd Ali Smith door Goldsmiths, University of London voorgedragen als Honorary Fellow.[40]
In 2011 droeg ze het kort verhaal "Scots Pine (A Valediction Forbidding Mourning)" bij aan Why Willows Weep, een bloemlezing die The Woodland Trust ondersteunt. De paperbackeditie is uitgebracht in 2016.[41]
In juli 2016 ontving Smith een eredoctoraat van de University of East Anglia.[42]
In maart 2019 publiceerde Smith The Story of Antigone, een hervertelling van de klassieker van Sophocles. Het boek maakt deel uit van de serie "Save the stories" van Pushkin Children's Books en is geïllustreerd door Laura Paoletti.[43]
Privé-leven
Smith woont in Cambridge met haar partner, filmmaker Sarah Wood.[44][45][46]